Naar aanleiding van de werkconferentie constructieve veiligheid van 16 november 2018 is er een actieagenda opgesteld.
De conferentie was een initiatief van VNconstructeurs, Bouwend Nederland en Koninklijke NLingenieurs.
De actieagenda:
1. Structureel en branchebreed toepassen van het Kennisportaal Constructieve Veiligheid (voorheen Compendium Constructieve Veiligheid). Werknemers en projectmanagers in een tiental bouwprojecten worden geholpen om deze kennis goed toe te passen in de dagelijkse praktijk. Wanneer voldoende ervaring is opgedaan wordt onderzocht of – met eventuele aanpassingen – het KPCV zich kan ontwikkelen van richtlijn naar verplichting.
2. Organiseren van professionele tegenspraak bij innovatie. In tien projecten zorgt extra capaciteit en expertise voor actieve tegenspraak bij innovatieve toepassingen. Neutrale tegendenkers krijgen de ruimte om vanuit een veiligheidsperspectief constructieve oplossingen te bekritiseren. De werkwijze(n) worden gemonitord voor leerdoeleinden.
3. Versterken structurele aandacht voor constructieve risico’s. Nagaan welke verbeteringen nodig zijn bij het inventariseren en beheersen van constructieve veiligheidsrisico’s in de bouwketen van initiatieffase tot en met oplevering. De verbeterde procesaanpak toepassen en monitoren bij een aantal bouwprojecten.
4. Introductie van de hoofdconstructeur. Onderzoeken of de (her)introductie van de hoofdconstructeur wenselijk is en welke stappen hiervoor noodzakelijk zijn. In dit onderzoek zullen we niet alleen publieke maar ook private opdrachtgevers betrekken.
5. Ronde-tafelgesprekken met opdrachtgevers. Doel is om de afstemming tussen opdrachtgever en opdrachtnemer over constructieve veiligheid voor en na gunning te faciliteren. Hoe kunnen tijdig en adequaat de randvoorwaarden worden gecreëerd om de veiligheid tijdens projecten te waarborgen zonder dat dit leidt tot ‘verlies onder aan de streep’? Wat kunnen partijen zelf doen, en waar hebben ze elkaar voor nodig? De afspraken hieruit worden toegepast en gemonitord in concrete pilotprojecten.
6. Stimuleren van lerende organisatie. Welke instrumenten en initiatieven hebben zich gericht op het verbeteren van constructieve veiligheid in de afgelopen twee decennia? Bijvoorbeeld het ABC-meldpunt, het Compendium en het Platform Constructieve Veiligheid tussen 2011 en 2015. Waarom waren deze onvoldoende succesvol en wat kunnen we er nu van leren? Met voldoende aandacht voor verbeteringen op proces-, interactie- en procedureel niveau.
7. Open vraag aan de Minister. Op basis van bovenstaande initiatieven zullen thema’s naar voren komen die relevant zijn voor de minister. Hoe kan het wettelijk en/of beleidskader worden benut ter ondersteuning van de genomen initiatieven en voor het beter naleven van veiligheidsnormen in de bouwsector?
Op 25 januari 2019 krijgt de beoogde inzet een vervolg en zullen werkgroepen actiepunten gaan uitwerken.
Het is uiteraard positief dat brancheorganisaties met elkaar proberen grip op constructieve veiligheid te krijgen.
Het is nog ‘te vroeg’ om over resultaten te spreken.
Zonder afbreuk te willen doen aan dit initiatief heeft het, naar mijn mening, de voorkeur om op korte termijn één concrete actie in te zetten en succesvol te maken, een actie waarmee de constructieve veiligheid aantoonbaar wordt verbeterd. Focus op één en doe het snel. Pas als dat lukt bouw je door met een vervolg. Maak het zo concreet mogelijk. Dit is naar mijn mening een werkmethode om constructieve veiligheid te borgen.
Wordt vervolgd …
Video van de werkconferentie d.d. 16 november 2018:
Met Carla Moonen van Koninklijke NLingenieurs op BNR Bouwmeesters over de aanpak constructieve veiligheid:
Pieter Plass